Deel 2 van kort verhaal “Uit Liefde”
Eerder deze week kon je het eerste deel van het spannende verhaal “Uit Liefde” al lezen en man, man, man, wat werd het spannend he?! Haha 😉 Vandaag staat deel twee van mijn verhaal online. Hoe zat het ook alweer? Of het eerste deel gemist? Hier de link naar het eerste deel van “Uit Liefde”. Happy readings!
Uit Liefde – deel 2
“Oh, uh, hoi”, stamelt ze, zichtbaar geschrokken. “Zo Sophie, of moet ik “Soof” zeggen? Zo noemt hij je toch?” “Ik weet niet waar je het over hebt,” zegt ze koel. Ik zet een stap in haar richting en duw haar ranke lijf met één hand tegen de muur. “Misschien moet ik je geheugen even opfrissen?” Onze gezichten zijn vlak bij elkaar en ik kijk haar strak aan. Met één hand vis ik de foto’s uit de plastic tas en duw ze ruw in haar gezicht. “Hier zal jouw Remco niet blij mee zijn denk ik he?” zeg ik fel. Met een groot gebaar slaat ze de foto’s uit mijn handen. “Remco heeft hier niets mee te maken!” roept ze “Oh nee? Daar denkt hij vast heel anders over wanneer hij die foto’s ziet!” schreeuw ik in haar oor. Dan spuugt ze recht in mijn gezicht en op dat moment knapt er iets. Als een bezetene begin ik aan haar blonde haar te trekken en zet mijn lange, scherpe nagels in haar gezicht. Ik sla haar zo hard ik kan en wil haar alleen nog maar pijn doen, kapot maken. Ze trapt met haar hakken tegen mijn schenen en ik krimp ineen van de pijn. De Maglite, schiet het door mijn hoofd. Snel grijp ik de plastic tas die inmiddels op de grond ligt, klem de overdreven grote, metalen zaklamp in mijn rechterhand en geef haar een harde klap op haar hoofd. En nog één, harder nu. Het voelt goed om haar pijn te doen en ik stop pas wanneer ze in elkaar zakt en met een doffe klap op de grond terecht komt. Ik hijg nog na en kijk naar haar bebloede gezicht. Ze ligt doodstil, ademt niet. Dan raap ik snel de foto’s bij elkaar, pak de plastic tas en verdwijn in de inmiddels donker geworden straat. Ik gooi de tas in de auto, neem plaats achter het stuur en adem een paar keer diep in en uit. Ik kijk om me heen, er is niemand te zien. Ik heb het juiste gedaan, toch? Ik wilde haar alleen maar bang maken maar zij moest zo nodig in mijn gezicht spugen, de trut. Ik kon niet anders. Ja, ik heb het juiste gedaan, herhaal ik in mezelf. Ik start de auto, rijd zo rustig mogelijk de weg op en probeer helder na te denken. De foto’s, de Maglite, ik moet er vanaf! Tegen de tijd dat ik in een vergeten dorp ver buiten de stad arriveer, is het buiten helemaal donker. Chris zal zich wel afvragen waar ik blijf en ik check mijn mobiel. Geen gemiste oproep, geen sms, niks. Daar gaat snel verandering in komen nu niemand ons meer in de weg staat, stel ik mezelf gerust. Verderop in het dorp kom ik aan bij een verlaten, afgelegen boerderij. Ik draai de auto het erf op, pak de plastic tas en stap de auto uit. Ik speur het erf af naar een put, scheur de enveloppe en foto’s in stukken en laat ze slingerend door de openingen van de putdeksel vallen. De tas wikkel ik stevig om de grote, zware zaklamp, ik kijk nog eens om me heen en loop naar de sloot welke grenst aan een groot weiland en gooi de tas in het vieze water. Die vinden ze nooit. Snel loop ik naar de auto en opgelucht rijd ik terug naar huis. Wanneer ik de voordeur achter me dicht trek, komt Chris de gang in lopen met een glas wijn in zijn hand. “Hee Lot, waar was je?”, vraagt hij op een schijnheilige manier. “Oh even een kop thee gedronken bij Margot en daarna langs de Ikea maar die was al dicht,” antwoord ik zo nonchalant mogelijk en loop meteen door naar de keuken waar ik mijn jas uittrek en mezelf een groot glas wijn inschenk. Zou hij iets merken? Ach, hij heeft niet eens in de gaten dat ik alles van hem en Sophie weet, zijn interesse in mij is allang verdwenen. Hij komt tegenover me zitten aan de grote eettafel en kijkt me geamuseerd aan. “Weet je schat, zou het niet heerlijk zijn als wij binnenkort eens lekker op vakantie gaan?”. Ik speel het spelletje mee. “Daar zeg ik geen nee tegen! Wat heb je in gedachten?”. “Jij in je bikini op het strand.” Ja vast, denk ik, en ik negeer zijn opmerking. “Waar wil je naartoe dan?” vraag ik hem. “Griekenland?” oppert Chris en op dat moment gaat de deurbel. Ik verstar. Chris ziet het niet want hij is al onderweg naar de voordeur en even later staat hij samen met twee agenten in uniform in de keuken.
“Wat is dit?” vraag ik verbaasd. “Geen idee,” zegt Chris. “De heren wilde graag even binnenkomen om iets met me te bespreken.” De agenten stellen zich voor en vragen of ik me even terug wil trekken dus pak ik mijn glas wijn en loop rustig de huiskamer in. Voor het ladekastje met allerlei fotolijstjes erop blijf ik staan. Chris en ik op het strand. Chris en ik in de sneeuw. Chris en ik voor de Eiffeltoren. Lachend, omhelzend, verliefd. Ik pak het lijstje met de Eiffeltoren en bekijk de foto aandachtig. Ik schrik op wanneer één van de agenten mijn naam noemt en achter me staat. “Mevrouw van Dam,” zegt de agent nogmaals, “of mag ik Lotte zeggen?” vraagt hij vriendelijk. Ik knik van ja. “Goed, Lotte.” Waarna een korte stilte volgt. “Kun je me vertellen waar je vanavond was?” “Ik ben bij een vriendin, Margot, geweest. We hebben thee gedronken en daarna ben ik doorgereden naar de Ikea maar die was al gesloten.” Dat eerste klopte, Margot kan dat bevestigen. Ik neem een grote slok wijn en kijk de agent vragend aan. “Waarom wilt u dat weten?”. “Zegt de naam Sophie Berendse je iets?” vraagt hij. “Is dat niet een collega van Chris?”. “Dat klopt.” De agent zucht diep en kijkt me vol medeleven aan. “Het spijt me je dit te moeten zeggen Lotte maar Chris heeft al een enige tijd een verhouding met Mevrouw Berendse.” “Wàt?” roep ik uit en stuif naar de keuken waar Chris met de andere agent zit te praten “Een verhouding?” schreeuw ik naar hem. “Is dat waar?” Zijn ogen zijn roodomrand en hij mompelt iets. “Nou?” snauw ik. “Is het waar?”. Hij knikt. “Godverdomme Chris, hoe lang is dat al bezig?”. Het blijft lang stil totdat hij zegt “Ze is dood, Lotte, ze is dood.” Zijn schouders beginnen te schokken en hij snikt zacht. “Ik ben bang dat we meneer mee moeten nemen voor verhoor,” zegt de agent die naast Chris zit. “Hij is de laatste die haar vanavond levend heeft gezien en er zijn heel wat onduidelijkheden.” Ik kijk Chris strak aan en zeg geen woord. De agenten begeleiden Chris naar buiten, de politieauto in, en vertrekken. Ik schop mijn pumps uit, loop naar de keuken om de fles wijn uit de koelkast te pakken en neem deze mee de kamer in. Ik schenk mijn glas bij, pak het fotolijstje met de Eiffeltoren en nestel mezelf op de bank. Ik kijk naar Chris’ gezicht op de foto en glimlach want ik weet: dit flikt hij nooit meer.
Aiiiii. Kun je het je voorstellen? Binnenkort komt er zeker weer een nieuw verhaal online! Hou La Log.nl in de gaten en volg de Facebookpagina!
Fijne weekend!
Nou ik ben normaal meer van het romantische maar dit vind ik ook rete-spannend?